Verder Terug Inhoud

2. Hardware benodigdheden

De documentatie, die bij je video-adapter wordt meegeleverd, zou aan moeten geven van welke chipset gebruik wordt gemaakt. Als je overweegt een nieuwe videokaart aan te schaffen of een nieuwe computer met een nieuwe videokaart gaat kopen, vraag de verkoper dan wat het model, het merk en de chipset van de videokaart is. Mogelijk is het nodig dat de verkoper de technische ondersteuning namens jou moet bellen; gewoonlijk zijn verkopers hier wel toe bereid. Veel verkopers van PC-hardware zullen aangeven dat de videokaart een "standaard SVGA-kaart" is, die op je systeem zou moeten werken. Leg dan uit, dat de software (waarmee Linux en XFree86! wordt bedoeld), niet alle videochipsets ondersteunt, en dat je gedetailleerde informatie nodig hebt.

Je kunt er ook achterkomen welke chipset door je videokaart wordt gebruikt, door het SuperProbe-programma op te starten, dat bij de XFree86-distributie wordt meegeleverd. Dit wordt hieronder in meer detail besproken.

Ondersteunde kaarten zullen met alle bustypes, waaronder ISA, VLB en PCI werken.

Een probleem waar de ontwikkelaars van XFree86 tegen aanlopen is dat sommige fabrikanten van videokaarten van niet-standaard mechanismen gebruik maken voor het vaststellen van de clockfrequencies, die worden gebruikt voor het aansturen van de kaart. Sommige van deze fabrikanten geven ook de specificaties niet uit, die beschrijven hoe de kaart kan worden geprogrammeerd, of ze verlangen van ontwikkelaars te tekenen voor het niet verhullen van de verkregen informatie. Dit zou duidelijk de vrije distributie van XFree86-software beperkingen opleggen, iets waartoe het XFree86 ontwikkelingsteam niet bereid is. Dit was voor een lange tijd een probleem met bepaalde videokaarten die door Diamond werden gefabriceerd, maar sinds release 3.1 van XFree86, is Diamond begonnen samen te werken met het ontwikkelingsteam om gratis drivers voor deze kaarten uit te geven.

De aanbevolen setup voor XFree86 onder Linux is een 486'r, of beter, met tenminste 8 megabyte RAM, en een videokaart met een chipset uit bovenstaande lijst. Voor optimale performance, bevelen we je aan om gebruik te maken van een accelerated kaart, zoals een S3-chipset kaart. Je zult de documentatie voor XFree86 er op na moeten slaan om te controleren of je specifieke kaart wordt ondersteund, voordat je de sprong waagt en dure hardware gaat aanschaffen.

Even terzijde, het Linux systeem van Matt Welsh zelf was een 486DX2-66, met 20 megabytes RAM, voorzien van een VLB S3-864 chipset kaart met 2 megabytes DRAM. Hij voerde X-benchmarks op deze machine uit, net als op Sun Sparc IPX werkstations. Het Linux systeem was globaal 7 maal sneller dan de Sparc IPX (voor de nieuwsgierigen, XFree86-3.1 met deze videokaart onder Linux, draait in de buurt van 171,000 xstones; de Sparc IPX in de buurt van 24,000). Gewoonlijk zal XFree86 op een Linux system met een accelerated SVGA kaart je een betere performance leveren dan die op commerciéle UNIX-werkstations (die gewoonlijk eenvoudige framebuffers voor grafische afbeeldingen gebruiken).

Je computer zal tenminste met 4 megabytes fysiek RAM uitgerust moeten zijn, en 16 megabytes virtueel RAM (bijvoorbeeld, 8 meg fysiek en 8 meg swap). Hoe meer fysiek RAM je hebt, des te minder het systeem van en naar disk swapt, wannneer er te weinig geheugen is. Omdat het swappen als zodanig langzaam is (disks zijn erg langzaam, in vergelijking met intern geheugen), heb je 8 megabytes RAM of meer nodig om XFree86 comfortabel te draaien. 16 is beter. Een systeem met 4 meg fysiek RAM zal al veel langzamer zijn (tot wel 10 keer langzamer) dan een systeem met 8 meg of meer.


Verder Terug Inhoud