Kies waar u de bootloader geïnstalleerd wilt hebben. Als uw systeem alleen @RHL@ gebruikt, kies dan de Master Boot Record (MBR). Voor systemen waar Win95/98 en @RHL@ op dezelfde harde schijf staan dient u ook de bootloader in de MBR te installeren.
Als u Windows NT hebt (en u wilt een bootloader geïnstalleerd hebben), kies er dan voor om deze in de eerste sector van de opstartpartitie te installeren.
Klik op Stationsvolgorde Veranderen om de stationsvolgorde te herschikken. Het veranderen van de stationsvolgorde kan handig zijn als u meerdere SCSI-adapters of zowel SCSI- als IDE-adapters hebt en van het SCSI-apparaat wilt opstarten.
Kies LBA32 Forceren als u bij vorige installaties problemen heeft gehad met het systeem bij LBA32-gebruik; het systeem zal bijvoorbeeld de zogenaamde 1024-cylinder limiet moeten overschrijden voor de /boot-partitie. Kies alleen voor deze optie als u een systeem hebt dat de LBA32-extensie voor het opstarten van besturingssystemen ondersteunt en u uw /boot-partitie boven cylinder 1024 wilt plaatsen. Als u het niet zeker weet kies dan niet voor de LBA32 Forceren optie.
Als u standaardopties wilt toevoegen aan de opstartopdracht, voer deze dan in het veld Algemene kernel-parameters in. Alle opties die u invoert zullen iedere keer aan de Linux-kernel worden doorgegeven als deze opstart.